‘Het allereerste wat je kan doen is rondvragen bij je collega’s. Wat doen zij tegen vervelende geurtjes uit wonden? Je zal versteld staan van hoe inventief andere verzorgenden zijn en wat mij betreft leunen we wat vaker op elkaar en onze gedeelde ervaring en kennis.’
Verder is het volgens Jacobine volkomen normaal dat je het soms moeilijk vindt om met bepaalde geuren om te gaan. ‘De intensiteit van bepaalde geuren is voor zowel zorgpersoneel als persoonlijke omgeving soms echt heel heftig.’
Wat veroorzaakt de geur?
‘Het is belangrijk om allereerst te kijken naar wat de oorzaak is en hoe deze weg te nemen is. Zit er nog iets in die wond? Is de wond wel goed gereinigd? Als iets stinkt is er vaak sprake van dood weefsel. Besef: dat moet verwijderd worden. Het kan ook gevalletje biofilm zijn. Een biofilm in een wond is een dun laagje in de wond, gevormd door onder andere micro-organismen zoals bacteriën. Deze moet, wil je van de stank af komen, ook kapot en weg. En het zijn echt de bacteriën die de geurtjes veroorzaken. Die moet je aanpakken met bijvoorbeeld wondreinigingsproducten, mechanisch debridement (zoals laten wegsnijden) of wellicht is er zelfs antibiotica nodig.
Maar dan ben je er nog niet, want juist door de verscheidenheid aan producten is het soms zoeken naar welk soort reiniging het best werkt voor welk soort wond of bacterie. ‘Dus daarna kan het nodig zijn om een wondkweek af te nemen zodat je eventueel een specifieke zalf of antibioticum kan inzetten.’
Geur neutraliseren
‘Als je de oorzaak inmiddels hebt aangepakt maar nog steeds last hebt van geurtjes, kan je kijken naar geurneutraliserende verbanden. Je hebt ze met bijvoorbeeld koolstof of kaneel. Daarnaast is het ook bekend dat het gebruik van honingzalf geuren kan neutraliseren. Een stofnaam om te onthouden is metronidazol (o.a.in Rozex®, Metrogel® of Metrosa® gel). Dit is een antibioticum in zalfvorm wat ontstekingsremmend werkt en bacteriegroei tegengaat. Hierdoor ook effectief tegen vervelende, penetrante luchtjes.’
Je kan het volgens Jacobine ook iets externer gaan zoeken. ‘Je kan met diffusers en betere ventilatie aan de slag gaan. Denk ook eens aan Nilodor druppels, dat is een zogenaamde ruimte-deodorant in de vorm van druppels of spray, deze kan je gebruiken in de omgeving van de patiënt of in de (zieken)huiskamer. Dit wordt ook deze wel gebruikt in de strijd tegen de dominante geur van urine.’
Liever uitsluiten dan maskeren
Over haar suggestie om altijd eerst de oorzaak aan te pakken zegt wondspecialist Jacobine wel: ‘Soms kan dat helaas niet. Bijvoorbeeld als iemand tumoren heeft die je ruikt en deze niet weg te nemen zijn. Belemmert het jou om je werk te doen? Dan moet je dus op zoek naar oplossingen die ervoor zorgen dat jij als verzorgende in elk geval minder last hebt van de geur.’ Neusplugs zouden dan ook nog kunnen helpen. Ze zijn discreet, transparant, belemmeren je ademhaling niet en geven een frisse mentholgeur af.
‘Maar’, zegt Jacobine, ‘Ik vind wel dat wij als zorgprofessionals te vaak op maskering focussen, terwijl het belangrijk en fijner voor alle partijen is als je eerst alle andere opties uit hebt gesloten. Focus je dus bij voorkeur eerst op de oorzaak dan pas op de oplossing’.
Je kon dit artikel lezen omdat je een abonnement hebt op TVV